Pinkster-matinee met het Breda’s Mannenkoor! Op deze middag treden wij op in de haven. Voor het Spanjaardsgat zijn grote pontons aangebracht in de haven, met daarop alle faciliteiten om een mooi optreden te realiseren.  Met een kleine honderd man (niet alle leden konden aanwezig zijn) staan wij klaar.

Dit jaar staat het festival in het teken van Legendes. Ook wij hebben daar teksten voor gemaakt, die de liederen een betekenis geven. De teksten worden tussen de nummers uitgesproken door Toine Veuger. Hij is de enige zanger met daarvoor een eigen microfoon, die soms nog net aanstaat na een aankondiging als we beginnen te zingen.

Om kwart voor twee klinkt het Cantique de Jean Racine over de Haven. Intussen loopt het hele publieksdeel vol en geniet men van onze gezangen. Onze dirigent, Hans de Wit, nodigt het publiek uit mee te klappen, bij het Kalinka doet men zijn uiterste best om het steeds snellere tempo bij te houden. Onze gast-pianist, André de Jager, maakt mooie loopjes in de nummers en wij zijn enthousiast. Het lied: Die zwölf Rauber, met onze solist Loek Rompa wordt zeer goed ontvangen.

Om half drie is er een pauze. In de pauze treedt de Terheijdense harmonie op.

Rond half vier stellen wij ons op voor deel twee. We beginnen met het Slavenkoor van Verdi en weer is het publiek meteen een en al oor. Via o.a. het Matrosenkoor, het Vilja lied met onze solist Nico Bolmer, the Bridge over Troubled Water, komen we aan bij het slotlied, het Halleluja van Leonard Cohen. Het was weer een grandioos concert. Wij hebben er een heel goed gevoel over!

Fons Dickens